Het eerste jaar hadden we het niet makkelijk met elkaar. Ik heb een enorme faalangst om iets in een vreemde taal te zeggen, zelfs in het Engels. Bij het idee dat ik dat moet gaan doen sla ik volkomen dicht om er geen woord meer uit te krijgen. Dat is al op de middelbare school begonnen (tijdens mijn mondeling Frans heb ik niets, maar dan ook niets gezegd. Had ook niets fout....) en het is nog een graadje erger geworden tijdens mijn twaalf jaar lange relatie met een talenwonder. Hij sprak alles vloeiend en áls ik al wat probeerde verbeterde hij dat. Geen uitgangspunt om eens lekker te experimenteren.
Zeven jaar geleden ging ik voor het eerst naar Zweden, mijn andere land. Iedereen spreekt daar Engels want Zweden weten dat er maar weinig buitenlanders Zweeds spreken. Aanvankelijk voorkwam ik iedere vorm van een praatje maar dat was niet vol te houden. En als het echt moest redde ik me min of meer met mijn beperkte Engels.

Bij de eerste officiële les begon ik direct met grenzen te stellen: ik wilde Zweeds leren lezen en verstaan maar absoluut niet spreken. Jorieke vond dat helaas een slecht plan. Toch hield ik voet bij stuk al probeerde ik zo nu en dan een woordje te zeggen. We modderden door en ik begon steeds meer tegen de les op te zien!

Inmiddels geniet ik iedere twee weken van ons half uurtje en begin ik heel langzaam een piepklein beetje zelfvertrouwen te krijgen. We doen nu zo nu en dan Klartext, items uit het Zweedse nieuws waar een aantal ja/nee vragen over worden gesteld. Je moet héél goed luisteren en over het algemeen heb ik zo'n tweederde goed.

Maar spreken dat gaat het niet worden.
Bij iedere poging komen er tot mijn stomme verbazing Engelse, Duitse en zelfs Franse woorden waarvan ik niet eens wist dat ik ze kende! Dus dat heb ik losgelaten en dat helpt. Nu ik het van mezelf niet meer hoef gaat het beter en wordt het weer steeds leuker!
En wie weet waar dat uiteindelijk nog toe kan leiden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten